Wat wil jij later worden?
Dit is één van die vragen die grote mensen aan je stellen als je zelf nog niet niet groot bent. Mijn antwoord daarop was; bij de brandweer, het leger in, dj worden maar tegelijkertijd ook profvoetballer. Op die leeftijd kon ik alles tegelijk zijn, een combinatie van al deze beroepen was wat ik wilde worden. Dat is ook meteen het mooie aan kind zijn, de fantasie en verbeelding van een kind is namelijk grenzeloos. En dat is wat ik (naar mate ik ouder werd) ben verleerd, grenzeloos te denken. Zoals elk kind in Nederland ben ik naar school gegaan en heb ik (wat de meeste mensen zeggen) de ''normale'' route gevolgd. Maar hoe ouder ik werd hoe waziger het beeld werd van wat ik nou echt wilde. Omdat het normaal was om te studeren en daarna een baan te zoeken, toch maar een specifiekere opleiding gevolgd en daarna aan de slag gegaan bij mijn eerste werkgever.
Hoe zit dat nu dan?
De laatste jaren krijg ik nog steeds minstens één keer per maand de vraag ‘wat wil je later worden als je klaar bent met studeren’? ‘Wat kan je met je studie?’ ‘Weet je al welke richting je op wil?’ Lange tijd kon ik vrij gefrustreerd raken van deze vraag. Want op elke vraag luidde het antwoord ‘ik weet het niet’ of ‘ik heb geen idee’. En dat maakte mij soms best onzeker. Want de maatschappij leek af te hangen van wat ik later zou worden. Dus moest ik het niet specifiek weten? Moest ik niet een ultranuttig beroep beoefenen later? Ik werd zelfs zo onzeker van deze vragen, dat ik meermaals van studie wilde wisselen om maar te weten wat ik later zou willen worden. Maar elke keer kwam ik weer terug op de volgende conclusie – het specifiek weten van wat het pad / beroep voor me zou zijn, zou me niet persé helpen in blijer worden met wat ik aan het doen ben.
En toen…
Toen ging ik daadwerkelijk nadenken over wat ik later wilde worden. Maar dan niet in termen van beroep. Maar gewoon. Losgezien van mijn baan later. Een beroep, een professie, een (bij)baan..… Het is allemaal maar een klein deel van wie ik eigenlijk ben. Wat veel grotere impact heeft, zijn de kleine acties die ik doe, de energie die ik uitstraal op werk, de energie die ik uitstraal naar anderen. Dat ik de buurvrouw zou helpen met boodschappen, een poster ophang voor duurzaamheid op kantoor, praat met mensen over bewust leven, spontane knuffels (post-corona) uitdeel, glimlach naar de cassière in de winkel, een shift op werk van mijn collega overneem…. En ga zo maar door!
Tuurlijk wil ik impact maken met mijn beroep later. Wie wil dat niet? Maar soms lijkt het alsof beroepen, banen etcetera alleen maar worden afgemeten aan de directe impact die je maakt. Terwijl de indirecte impact van acties die je buiten uitvoert ook zo ontzettend veel invloed hebben.